‘Aardappelen storten op dorpsplein’
Hoe zo’n dumpdag er precies uit moet zien, weet hij nog niet. De opmerking is eigenlijk in een opwelling geplaatst. Maar toch…. ‘Laten we in elk dorp op het plein een kieper aardappelen leegstorten.’ Wat Sloot vooral wil bereiken met zijn actie is bewustwording, bij zowel de sector als de consument.
20 procent niet oogsten
De akkerbouw moet zich er van bewust worden dat er veel te veel aardappelen zijn. ‘Misschien moeten we met z’n allen afspreken dat we 20 procent van onze oogst laten zitten. Dan komt er hopelijk uiteindelijk weer wat vraag, zodat de prijs wat aantrekt. Want dit houdt niemand vol.’
Toch voelt hij meer voor een dumping op het plein, omdat dit een mooie kans biedt om de bewustwording bij de consument te vergroten. ‘Die heeft er geen beeld van wat hier gebeurt. De gemiddelde consument weet niet dat wij onze aardappelen 6 tot 7 cent onder onze kostprijs afleveren.’
Geen zorgen over natheid
Wat hij zelf gaat doen? Hij weet het nog niet. ‘Ik ben volop aan het rooien. De schuur is nog niet vol, dus ik ga nog even door.’ De helft van zijn aardappelen zit nog in de grond. ‘Ik ga me er in ieder geval niet meer druk maken dat het in oktober wel eens erg nat kan worden en dat ik de aardappelen niet meer uit de grond kan krijgen. Met de huidige prijzen is die schade niet zo groot.’
Sloot wil niet met een beschuldigende vinger naar de industrie wijzen. ‘Die kan er ook niets aan doen dat de opbrengsten zo hoog zijn. Sterker nog, de industrie kan deze overproductie ook niet aan. Het grote aanbod leidt alleen maar tot meer prijsdruk: er zijn veel telers die blij zijn als de industrie hun aardappelen wil ophalen, voor elke prijs.’
Gelopen race
Veel hoop op een prijsstijging heeft hij niet. ‘Als de kwaliteit van de aardappelen top is, hoop ik nog op een kleine opleving in december. Maar eigenlijk is het een gelopen race. Er zijn te veel aardappelen. Klaar.’