Column: Open overheidscommunicatie nodig bij ruimtelijke plannen
Vorige week schreef ik over de plannen van het ministerie van Defensie die boeren en burgers overvielen met plannen voor munitiedepots. Daar kwamen verschillende reacties op. Uiteraard van mensen die mogelijk last krijgen van zo’n depot, maar ook van andere mensen die problemen ervaren met overheidscommunicatie. Dat soort voorbeelden illustreren goed waar het mis gaat tussen overheid en burgers.
In het natuurdossier is dat geen nieuw fenomeen. Veel boeren hebben de afgelopen jaren ervaren dat allerlei natuurplannen gewoon worden doorgedrukt. Ik kies bewust voor die term, omdat er vaak wel inspraak mogelijk is, maar daar wordt vervolgens weinig tot niets mee gedaan. In een reactienota op plannen worden al die bezwaren meestal terzijde geschoven.
Springendal & Dal van de Mosbeek
In Overijssel speelt ook een voorbeeld die het vertrouwen in het provinciehuis in Zwolle niet laat toenemen. Het draait om een minicamping bij Natura 2000-gebied Springendal & Dal van de Mosbeek. Om meer natuur te realiseren en de invloed van landbouw op die natuur te verminderen liep er sinds 2015 een gebiedsproces en dat eindigde in januari 2023 in een vastgesteld Provinciaal Inpassingsplan (PIP). De ervaring leerde dat belanghebbende grondeigenaren weinig invloed hadden op de PIP. Daar kun je van alles van vinden, maar in het plan stond niets over het verplaatsen van een boerderijcamping. In 2021 werd dit plan voorgelegd aan belanghebbenden om zienswijzen in te dienen en daar kwamen reacties op. Vervolgens ging de provincie de zienswijzen beantwoorden. Zo kwam er ook een reactie binnen van de veehouder met de boerderijcamping.
Recreatiefunctie
Onder andere zijn kuilvoerplaten moesten worden verplaatst volgens het plan, omdat afspoeling bij regenbuien het oppervlaktewater te veel zou vervuilen. Uit de Nota van beantwoording blijkt de provincie met deze veehouder in gesprek te zijn gegaan en werd er een nieuwe locatie voor de kuilvoerplaten gevonden, maar tegelijk werd ook overeengekomen dat de boerderijcamping dan verplaatst ging worden. Alleen gaat die verplaatsing niet naar een locatie op zijn eigen grond, maar naar grond die een paar jaar eerder door de provincie is aangekocht van een andere boer. Die boer verkocht het als ruilgrond voor natuur of voor landbouw. Niet voor recreatiedoeleinden. Als die mogelijkheden er toen waren had die boer zelf wel plannen willen maken voor een camping, want in plaats van een boerderijcamping gaat het inmiddels om een minicamping die in principe los van de boerderij staat.
Niet actief gecommuniceerd
De veehouder met boerderijcamping valt niet veel te verwijten, want hij heeft als ondernemer gedacht hoe hij voordeel uit de gesprekken kon halen met gemeente en provincie. Gemeente en provincie blijven hier wel in gebreke. Het voornemen voor het verplaatsen van de camping, volgens de buurt naar een A-locatie en voor de deur van de boer die de grond aan de provincie verkocht, is niet actief gecommuniceerd met de omgeving. De buurt had het kunnen lezen in de reactienota, maar daar staan geen adressen en namen in. Die nota omvat bovendien 166 pagina’s, dus als je niet weet dat de buurman bezwaar heeft gemaakt is het erg lastig om te achterhalen dat je een minicamping voor de deur krijgt. De provincie en gemeente motiveren de verplaatsing als zijnde in het belang van Natura 2000, maar ook daar mag best een groot vraagteken achter.
Het is dus niet opgemerkt. Dat gebeurde pas een jaar nadat het plan helemaal definitief was vastgesteld. BBB stelde daar in januari dit jaar vragen over aan gedeputeerde Maurits von Martels en die zit, blijkens de antwoorden, duidelijk in zijn maag met deze kwestie. Een citaat: „Tegelijk beseffen wij dat de hiervoor genoemde publicaties niet expliciet op de betreffende wijziging ingaan. Het bestuderen van de inhoudelijke stukken is daarvoor noodzakelijk. Achteraf bekeken constateren we daarom dat rechtstreeks belanghebbenden beter geïnformeerd hadden kunnen worden.”
Leerpunt
Von Martels valt zelf niet veel te verwijten, want de hele procedure vond nog plaats onder het vorige college. De vraag is wel hoe dit nu moet worden opgelost, want juridisch liggen zaken nu vast. In de beantwoording op de statenvragen staat nog wel dat de provincie deze kwestie als leerpunt ziet, maar daar schiet de omgeving weinig mee op. De provincie is inmiddels al acht maanden bezig met de kwestie, maar een oplossing is er nog steeds niet. Een voorgedragen alternatief door de buurt is door de betrokken veehouder afgewezen. Op dit moment leeft erbij de buurt veel zorg dat de grond met de bestemming recreatie wordt overgedragen aan de veehouder. Dan verliest de provincie haar positie om het tegen te kunnen houden.
Onbehoorlijk bestuur
Inmiddels zijn de verhoudingen in de buurt verzuurd. Onnodig. De hele kwestie had voorkomen kunnen worden, wanneer de gemeente dan wel de provincie het actief kenbaar had gemaakt. Dat zou ook helemaal niet raar zijn als er een gebiedsproces loopt van acht jaar. Bovendien zou normaal gesproken een bestemmingswijziging van deze impact altijd actief worden voorgelegd voor inspraak, dus je mag hier ook best spreken van onbehoorlijk bestuur. Het leerpunt van Overijssel moet wat mij betreft actief in beleid worden omgezet. Zo ingewikkeld is het niet om wijzigingen duidelijk op een kaart te presenteren, zodat snel inzichtelijk is of er in jouw omgeving een aanpassing wordt voorgesteld. Dat zouden alle overheden moeten doen. Je kan het ook in een omgevingsapp stoppen, zoals OmgevingsAlert. Dat zouden de overheden samen op kunnen pakken, waardoor iedereen bij een zelf gekozen straal om zijn woning of huis automatisch een bericht ontvangt.
Omgevingswet
Daarnaast kun je nog denken aan een herstelprocedure, wanneer blijkt dat een overheid procesmatig in gebreke is gebleven. Juridisch zal dat wel lastig zijn, maar het is wellicht te onderzoeken. Ook in het kader van de nieuwe Omgevingswet is dat nuttig. Provinciale Inpassingsplannen vallen binnen die nieuwe wet niet langer onder de verantwoordelijkheid van Provinciale Staten maar onder Gedeputeerde Staten. Daardoor valt een stukje democratische controle weg en lopen we met ons allen de kans dat het vaker mis gaat.