GS Overijssel: geen reden om af te wijken van landelijke adviezen waterkwaliteit

SGP-Statenlid Lubbert Talen stelde daarover in juni schriftelijke vragen. Volgens Talen zijn provincies verantwoordelijk voor het vaststellen van de normen (biologisch, nutriënten) voor de regionale KRW-watergangen, maar zit er speelruimte bij het bepalen van die normen door bijvoorbeeld lokale omstandigheden: ‘Als maatregelen hoge kosten met zich meebrengen en weinig opleveren is er ruimte om de normen daarop aan te passen. Is GS zich bewust dat dit geen normen maar richtlijnen zijn?’
Het Overijsselse college is daar dus van de op de hoogte maar zien geen reden om af te wijken van de landelijke afspraken.
Gevolgen landbouw
De vragen van het SGP-statenlid zijn mede ingegeven door de mogelijke gevolgen voor bijvoorbeeld de Overijsselse landbouw. ‘Zijn er situaties bekend dat de door GS vastgestelde biologische doelen en nutriënt-normen economische gevolgen hebben voor de gebruiksfunctie bij ondernemers, bijvoorbeeld maar niet uitsluitend bij boeren en tuinders?’
Het Overijsselse college stelt dat er geen situaties bekend zijn waarin dit het geval zou zijn. Ook is er sprake geweest van voldoende ‘democratische inbreng’. De waterschappen hebben onder meer de landbouw en natuurorganisaties geconsulteerd waarna de resultaten zijn voorgelegd aan de waterschapbesturen en daarna aan de provincie.
Tekst: Lauk Bouhuijzen
Beeld: Ellen Meinen