Raad van State:
Slachterij Beernink had tijd genoeg om Covid-regels in te voeren
Om de die reden keurt de hoogste bestuursrechter in hoger beroep alsnog een arboboete van de Arbeidsinspectie goed. Ook al ging het om een boete van slechts 2.250 euro, die arboboete luidde in de loop van 2020 en begin 2021 midden in de Covid-storm het eind van het bedrijf in. De familieslachterij kreeg in coronajaar 2020 een reeks arboboetes aan de broek, omdat het bedrijf niet volgens de strenge coronaregels werkte. Eén van die boetes betrof het niet op tijd aanpassen van de Covid-gedragsregels op de werkvloer. De arbeidsinspectie legde Beernink onder meer een boete van 2.250 euro op, omdat het bedrijf in de zomer van 2020 de zogenoemde risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E) niet op tijd had aangepast.
Geen geldig excuus
Daardoor zouden werknemers niet op tijd op de hoogte zijn van de verplichte Covid-regels wat tot grote besmettingsrisico’s kon leiden. Beernink had het aanpassen van de RI&E aan een extern bureau uitbesteed en die kwam te laat met de nieuwe RI&E-lijst. De Raad van State vindt dat geen geldig excuus voor het te laat aanpassen van de RI&E-regeling. Immers, Beernink kreeg na een controle van de inspectie nog acht weken de tijd om de RI&E aan te passen.
Door het het laat invoeren van de Covid-besmettingsregels is Beernink begin 2021 drie weken lang door de Inspectie stilgelegd. Tevens is er toen beslag gelegd op de voertuigen van het bedrijf. Dat betekende de nekslag voor Beernink, dat daarna door branchegenoot Fuite is overgenomen.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Agrio archief