Eggens gestopt met boerderijwinkel en aspergeteelt
De hectische slotweken eind vorig jaar in de nu definitief gesloten boerderijwinkel zijn achter de rug. Voor Mariska (41) en Jan-Martijn Eggens (44), keert de rust nu weer. Al zal de stilte zonder al die dagelijkse bezoekers misschien over een tijdje wennen zijn. En zeker als de asperges dit voorjaar weer gestoken hadden moeten worden, zal het best gaan kriebelen.
Zoektocht naar het vierde gewas
Altijd zochten eerst Hans en later zij zoon Jan-Martijn naar het beroemde vierde gewas naast de aardappelen, suikerbieten en granen. „Mijn vader heeft destijds de koeien afgestoten, al waren dat er misschien maar tien of zo. Hij was altijd op zoek naar nieuwe gewassen en bijvoorbeeld de eerste met korrelmaïs. Maar hij heeft ook erwten, veldbonen en graszaad verbouwd. Zelfs lupine, dertig jaar terug, toen niemand dat nog kende. Ik heb dat ook. Als jongen vroeg een buurman me te helpen met sorteren van de bloembollen in het najaar. Dat kwam goed uit, want dan zijn de aardappelen net de grond uit. Het jaar daarop zijn we zelf met lelies begonnen”.
De periode van de lelies duurde zo’n twintig jaar. Rond 2008 kwam er de klad in. „De contacten en contracten met die drukke Noord-Hollanders werden minder, het werd steeds moeilijker om er wat geld mee te verdienen. De hele bollensector had het toen zwaar. Wij zijn er toen mee gekapt”.
Vervoer naar veiling in Venlo te duur
In 2004 plantte Eggens de eerste 0,6 hectare aspegers. "Nu is dat zo’n 0,8 hectare”. Toen de productie op gang kwam, werden alle asperges direct aan de boerderij verkocht. Vervoer naar de veiling in Venlo was veel te duur, zo had de Vroomshoper wel geleerd van de andere Overijsselse aspergetelers.
Lees het volledige interview in de Vee & Gewas van zaterdag 6 februari
Tekst: Lauk Bouhuijzen
Beeld: Ruth van Schriek