Bij Erve ’t Overweg blijft de melktap ondanks extra controlekosten in 2025 gewoon open
Die strengere regels voor de verkoop van rauwe melk vindt het echtpaar overdreven, maar ze hebben geen keuze. Wilco: „Onze rauwe koemelk wordt al elke drie dagen gecontroleerd door FrieslandCampina en een aantal keer per jaar door de Gezondheidsdienst van Dieren. Nu wordt er gezegd dat de kopers het advies om die melk te verhitten voor gebruik meestal niet opvolgen, en dat daarom deze extra controles nodig zijn voor de voedselveiligheid. Het lijkt soms of mensen zelf niet meer mogen nadenken.”
Door de nieuwe eisen worden voor boeren de kosten een stuk hoger. Bij Erve ’t Overweg gaat het om vele honderden euro’s extra per jaar, nog afgezien van de tijd en moeite die het zal kosten om een geschikt laboratorium te vinden. „Want dat is dus niet geregeld. Je moet de melk voortaan maandelijks controleren, maar hoe je dat logistiek moet regen en bij wie, dat wordt niet gezegd”, moppert Wilco.
Heleen vult aan: „Die extra kosten zijn veel te hoog voor boeren die niet zoveel liters rauwe melk verkopen. Veel boeren met een melktap stoppen er nu mee. Dat merk je door het groeiend aantal advertenties met tweedehands tapautomaten. Ook boeren die rechtstreeks uit de melktank verkopen krijgen te maken met die strengere controles. Wij hebben dus na lang beraad besloten om door te gaan met onze melktap. Alleen kost een liter rauwe melk hier al sinds 2020 een euro, daarvoor hebben we bewust gekozen. Dat moet dus helaas omhoog naar misschien wel 1,50 per liter.”
Hoe hun klanten daarop gaan reageren? „We krijgen nu al veel reacties van klanten die zeggen dat ze ook na 1 januari gewoon blijven kopen. Misschien dat sommigen afhaken maar op termijn weer terugkomen, wie zal het zeggen? Het wordt zeker spannend, maar we vertrouwen toch op de kwaliteit en smaak van onze rauwe melk. En van die andere streekproducten die hier te koop zijn.”
Toeval
Dat Heleen en Wilco in 2020 begonnen met de verkoop van rauwe melk was toeval. Heleen, ze heeft een toeristische opleiding, leek het leuk om naast het gewone boerenwerk (en het drie jonge kinderen tellende gezin) op deze monumentale pachtboerderij van IJssellandschap ‘een eigen ding’ te hebben. „We hadden veel gelezen over boeren met een eigen melktap. Hier in Salland was er maar toen maar een. Een nieuwe melktap leek veel te duur, maar toen konden we een paar weken later een tweedehands installatie overnemen van een boer die ermee stopte.”
En zo begon het in juni 2020 met een bescheiden onbemand winkeltje met centraal de melktap en daarnaast wat eieren en pannenkoekenmeel. Dat assortiment is nu veel groter. Mede afhankelijk van het seizoen is er nu ook rundvlees van eigen koeien, boerenroomijs, aardappels, eieren, honing, appelsap, thee van Weseper bodem en nog veel meer. Heleen „Soms laat ik me wat meeslepen door mijn enthousiasme en wil alles hier binnen halen. Inmiddels beperk ik me toch tot de producten van de lokale boeren hier uit de streek zelf, want de klanten willen die producten graag zoveel mogelijk op dezelfde plek ophalen.”
Contact met burger
„Het is natuurlijk een extra inkomstenbron, maar in de stal wordt toch het meeste verdiend. We zien dit winkeltje vooral als de perfecte manier om mensen te trekken en te laten zien hoe we hier werken. Het allerleukste is dat je zoveel contacten hebt met burgers. Sommigen doen hun inkopen en zijn snel weer weg, maar vooral in de zomer willen veel klanten, waaronder ook toeristen, graag een praatje maken. Of gezinnen met jonge kinderen in het weekeinde. Ze mogen overal rondlopen, ook in de stallen. Regelmatig krijgen we vragen, bijvoorbeeld na berichten in de media over de landbouw. Dat vinden we alleen maar fijn, want dat geeft ons de kans om uit te leggen waarom we iets doen. En 9 van de 10 keer levert dat begrip en waardering op. Dit winkeltje en de klanten zijn een mooi tegenwicht tegen al die negativiteit in de media die wij in de landbouw vaak over ons krijgen uitgestrooid.”
Heleen was coördinator van Salland Boer en Eet Bewust, dus dit soort boer-burger gesprekken sprak haar al langer aan. Het feit dat zij zelf niet op een boerderij is opgegroeid zoals Wilco maakt het voor haar ook makkelijker om te begrijpen dat burgers soms weinig kennis hebben van de landbouw.
Veel interesse
De belangstelling voor het winkeltje was meteen groot. „We zitten hier aan de drukke weg Raalte-Deventer, dat is een heel groot voordeel. Vanaf het begin zijn we ook heel erg actief op de social media geweest.” Zijn al die rondlopende bezoekers niet lastig? Wilco: „Daar was ik in het begin een tikje bang voor, maar dat is ontzettend meegevallen. Het is gewoon leuk, al zijn er natuurlijk drukke momenten en heb ik even geen tijd. Ik heb ook gemerkt dat wij als boeren kritischer zijn op ons erf dan burgers. Die hebben er geen moeite mee als het soms wat rommelig of modderig is, omdat er hard wordt gewerkt. Wij denken als boer dan meteen: snel opruimen, want dat is geen gezicht voor die bezoekers.”
Heleen „Onze kopers willen juist die heel eigen smaak van de melk van vroeger. De bewerkte melk in de supermarkt is natuurlijk amper echte melk. Of rauwe melk beter is voor de gezondheid, kan ik niet zeggen. Het is in ieder geval veel lekkerder. Ik kies zelf ook liever voor een product dat puur natuur is dan dat bewerkte voedsel. Veel klanten komen bij ons met enthousiaste verhalen over bijvoorbeeld verdwenen eczeem- en darmklachten.”
Tekst: Lauk Bouhuijzen
Beeld: Lauk Bouhuijzen