Landbouwverkeer mag op N343 nabij Hardenberg blijven rijden

Afgelopen jaar is op verzoek van het CDA Hardenberg een verkeersproef gehouden. Daarbij mochten landbouwvoertuigen die sneller kunnen rijden dan 25 km/h op de N343 rijden over een afstand van 2 kilometer. Daardoor hoeven zij niet meer zoals eerst door het centrum van Hardenberg zelf te rijden. Dat laatste leverde veel gevaarlijke situaties met onder meer fietsers op.
De resultaten van de proef zijn overigens wisselend. Sommige auto’s op de N343 haalden toch landbouwvoertuigen in terwijl dat niet mag. Met als gevolg meer veiligheidsrisico's. Toch vindt het grootste deel van de autobestuurders op de N343 en de fietsers in het stadscentrum de nieuwe situatie tijdens de proef veiliger dan de oude situatie.
Dat geldt ook voor de bestuurders van de landbouwvoertuigen. Die vinden het veilig om op de N343 te rijden, net als de automobilisten, ook als de rit daardoor wat langer duurt. Uit de proef bleek wel dat het verkeer goed blijft doorstromen.
Aandacht voor fietsers
Provincie en gemeente hebben er na het onderzoek nu voor gekozen om de fietsers in Hardenberg zelf extra te beschermen omdat zij kwetsbare verkeersdeelnemers zijn. Dat geldt vooral voor jongeren die naar school fietsen. ‘Bestuurlijk accepteren we hiermee de verschuiving van verkeersveiligheidsrisico’s naar de N343. De verwachting is namelijk dat nu het risico van de gevaarlijke combinatie landbouwverkeer en fietsers in Hardenberg zelf kleiner wordt maar tegelijkertijd het risico op de drukke provinciale weg groter.’
Bij het besluit verwijst Overijssel naar het eigen verkeersbeleid waarin kwetsbare verkeersdeelnemers prioriteit krijgen. ‘Verder wogen we belangrijke feiten mee bij ons besluit: de grote fietsintensiteit in de kern van Hardenberg, de regionale schoolfunctie van Hardenberg en de beperkte lengte van het N343.’
Soorgelijke situaties.
De provincie verwacht dat soortgelijke situaties ook elders spelen. ‘Ook voor andere locaties in onze provincie krijgen we verzoeken om landbouwverkeer daar toe te laten. We willen op een goede manier naar dit soort verzoeken kijken. Daarom ontwikkelen we vanaf 2026 een beleidslijn met een afwegingskader over de plek van landbouwverkeer op onze provinciale wegen. Daarbij maken we gebruik van de lessen uit de proef in Hardenberg.’
Tekst: Lauk Bouhuijzen