Rundveehouderij neemt steeds meer bietenpulp af
Dat zegt voorzitter Wim Thielen van de OPNV, de branche-organisatie van producenten van natte veevoeders. In 2016 ging er nog 825.000 ton bietenpulp naar de rundveehouderij; vorig jaar was dat gestegen naar 895.000 ton, blijkens het jaaroverzicht 2017 van de OPNV. Die stijgende trend is al enige jaren gaande, aldus Thielen.
In de rundveehouderij werd vorig jaar in totaal 2,6 miljoen ton vochtrijke diervoeders afgezet. Dat volume is gelijk aan 2016. De afzet van perspulp neemt weliswaar toe, maar dat gaat ten koste van de afzet van bierbostel en aardappelpersvezels waardoor de afzet in tonnen per saldo gelijk blijft. In de rundveehouderij zijn perspulp, bierbostel, aardappelpersvezels, tarwegistconcentraat en vers maïsglutenvoer de belangrijkste vochtrijke voeders.
Totale afzet gelijk
In totaal is vorig jaar in Nederland 5,5 miljoen ton vochtrijke veevoeders geleverd. Dat is iets minder dan vorig jaar, maar het drogestofgehalte van de vochtrijke diervoeders is gestegen naar 20,4 procent. Omgerekend is de afzet van tonnen droge stof gelijk gebleven ten opzichte van 2016. De totale hoeveelheid vochtrijke voedermiddelen komt overeen met bijna 1,3 miljoen ton mengvoeders, aldus de OPNV.
Van het totaal gaat zoals gezegd 2,6 miljoen ton naar de rundveehouderij. De varkenshouderij neemt de overige 2,9 miljoen ton af. De belangrijkste producten voor de varkenshouderij blijven tarwezetmeel, aardappelstoomschillen, weiproducten en tarwegistconcentraat. In 2017 was het aanbod van aardappelproducten en tarwezetmeel lager dan in 2016, aldus de OPNV.
Aanbod 2018
Over het aanbod van het huidige seizoen durft Thielen nog geen uitspraken te doen. Veel kan nog afhangen van hoe de nazomer uitpakt voor de aardappelen en de bieten, stelt hij.