Geruimde vermeerderaar: 'Lage broedeiprijs geluk bij een ongeluk'
Zondagavond 18 december leek er nog niets aan de hand in stal 2 van de familie Beijer. De uitval was met 7 kippen iets hoger dan normaal in de stal waarin 11.500 vleeskuikenouderdieren worden gehuisvest.
De volgende morgen was Noud Beijer al om 5 uur in de stal. Onze vleeskuikenouderdieren waren 30 weken oud en zaten in de piekproductie. En als ik jonge dieren heb, ben ik altijd vroeg in de stal om te controleren of alle voermachines werken, legt Beijer uit. Toen hij zijn controleronde door stal 2 liep schrok hij zich een ongeluk. Ik had 50 tot 60 dode kippen en wist toen al voor 95 procent zeker dat het om vogelgriep ging.
De vermeerderaar - die aan de rechterkant van de stal twee keer zoveel dode kippen vond dan aan de linkerkant - belde meteen daarop zijn dierenarts. Ik heb mijn dierenarts gezegd dat hij direct een melding moest doen van vogelgriep bij de NVWA.
Hoogpathogene H5N8 vogelgriep
Zijn dierenarts arriveerde samen dierenarts Sjaak de Wit van de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) en Leon Pouwels van de NVWA om 10 uur op het bedrijf van Beijer. Samen deden ze secties op de dode kippen. Om 11 uur bracht een koerier de swabs van de onderzochte kippen naar Wageningen Bioveterinary Research (WBVR), het instituut dat in Nederland onderzoek doet naar vogelgriep besmettingen.
Aangezien alles duidde op vogelgriep kwam die maandagmiddag al een taxateur van de NVWA langs om de waarde van de dieren van de familie Beijer in te schatten. Maandag tegen het eind van de middag werd de vrees van Beijer bevestigd. Er was hoogpathogene H5N8 vogelgriep vastgesteld. Ondertussen hielden we nog een heel klein beetje hoop dat het om een andere aandoening ging omdat de uitslag nog niet officieel was.
NVWA neemt bedrijf over
Na de bekendmaking van vogelgriep nam de NVWA zijn bedrijf over. Maandagavond werden alle 45.000 vleeskuikenouderdieren (inclusief 4.400 hanen) in alle vier stallen van Beijer vergast. De volgende ochtend om 8 uur startte de NVWA met een man of zestien met het ruimen van de dieren.
Met vier klein shovels en twee verreikers brachten NVWA-medewerkers de dode kippen naar de vrachtwagens. Om 17 uur die dag waren alle vleeskuikenouderdieren op het bedrijf van Beijer geruimd. Vervolgens ontsmette de ontsmettingsploeg alle vier stallen, de centrale gang waarmee alle vier stallen aan elkaar verbonden zijn en het eierlokaal. Na het ontsmetten op dinsdagavond 20 december mocht de familie Beijer hun stallen 14 dagen niet betreden.
Over de werkwijze van de NVWA is Beijer te spreken. Het scheelt dat ik meteen al een goede klik met dierenarts Leon Pouwels van de NVWA had, zegt Beijer. Een uitbraak van vogelgriep is het meest verschrikkelijke dat je als pluimveehouder kan overkomen omdat je al je dieren, voor wie je zo goed zorgt in n keer kwijt bent. Dan is de gedachte enigszins geruststellend dat de dieren geen pijn lijden maar rustig in slaap worden gebracht door het gas en vervolgens netjes worden geruimd door vakbekwame mensen.
Mogelijke oorzaak
De exacte oorzaak van de insleep van vogelgriep op het bedrijf van Beijer is onbekend. De vermeerderaar heeft wel een idee wat de mogelijke oorzaak zou kunnen zijn. Enkele koppelingen van de dakgoten van stal 2 zijn lek. Mogelijk is er met besmette vogelpoep gemengd regenwater tegen de winddrukkap van stal 2 gelekt. En is dat regenwater via de luchtinlaatventielen vervolgens in stal 2 gedruppeld, zegt Beijer.
In zijn nieuwste stal uit januari 2015 is de winddrukkap van boven dicht en kan er geen regenwater aan de binnenkant van de winddrukkap lekken. Bij de andere drie stallen kan dat wel. We gaan daarom binnenkort kappen aan de bovenkant van de winddrukkappen van stal 1, 2 en 3 maken zodat er geen regenwater meer aan de binnenkant van de winddrukkap kan lekken.
Hygiische werkwijze
Beijer weet voor bijna 100 procent zeker dat hij, zijn vrouw Miriam of hun medewerker zelf de vogelgriep niet binnen hebben gesleept. Voordat we de centrale gang betreden - die aan de voorzijde van onze vier stallen zit - gaan we eerst door de hygiesluis. Het schoeisel dat we buiten dragen, trekken we uit voor de scheidingsplank. Vervolgens trekken we achter de scheidingsplank plastic klompen aan. Ook moeten erfbetreders eerst altijd douchen voordat ze de centrale gang en stallen betreden. Bovendien trekken we een overall en in iedere stal aparte laarzen aan
Chauffeurs die broedeieren komen halen moeten de wielen van de eiercontainers, de laadklep en het stukje stoep altijd met een spuit die gevuld is met het ontsmettingsmiddel Megades ontsmetten. Dat moet sinds begin november vorig jaar. Dat was het laatste stukje grijs gebied in ons hygieprotocol, vertelt Beijer.
Zwart van de ganzen
Het bedrijf van de familie Beijer in Boven Leeuwen ligt in het land van Maas en Waal tussen de gelijknamige rivieren. Een paar honderd meter achter zijn stallen ligt een zogeheten Wetering (een watergang). Het hele jaar vliegen hier veel eenden en ganzen en vanaf november is het in het weiland rondom onze stallen vaak zwart van de ganzen die op zoek zijn naar voer.
Beijer beseft dat het risico op insleep van vogelgriep in dit waterrijke gebied groter is dan in andere regios van Nederland. Daarom proberen we altijd zo hygiisch mogelijk te werken. Hij denkt dat de vogelgriepbesmetting komt van besmette eenden of ganzen.
De maand voor de uitbraak was het Waterschap de Wetering achter het erf van Beijer aan het uitbaggeren. Deze bagger werd in een baggerdepot gespoten op een perceel langs de stallen. Boze tongen beweerden dat de insleep van vogelgriep door het uitbaggeren van de Wetering kwam omdat er veel meeuwen op het baggerdepot afkwamen. Beijer gelooft hier niet in. Ik heb er extra op gelet maar er kwamen nauwelijks meeuwen en andere vogels op het baggerdepot af tijdens het uitbaggeren. Daarentegen vliegen er het hele jaar wel veel eenden en ganzen over ons bedrijf.
Eind mei nieuwe kippen
Sinds woensdag 4 januari - na een verplichte leegstandsperiode van 14 dagen - mag Beijer zijn stallen weer betreden. Beijer startte die woensdag meteen met het uitrijden van de mest. De mest moeten we verplicht 42 dagen afgedekt onder een plastic zeil op ons bedrijf laten liggen voordat het naar de mestverbranding in Moerdijk gebracht mag worden.
Maandag 9 januari startte Beijer samen met zijn vaste medewerker en twee krachten van AB Oost met het schoon spuiten van zijn vier stallen. Ik verwacht dat we daar woensdag 18 januari mee klaar zijn. Daarna komt iemand van de NVWA controleren of de stallen goed schoon gespoten zijn en als dat zo is volgt een tweede ontsmetting. Daarna volgt een week later nog een verplichte derde ontsmetting.
Beijer ontvangt in de laatste week van mei zijn nieuwe kippen. Nadat de mest afgevoerd is en de derde ontsmetting heeft plaatsgevonden mogen er weer kippen opgezet worden. Omdat Pluvita al in week 2 nieuwe kuikens voor ons in opfok heeft gezet krijgen we week 22 nieuwe kippen. Normaal gesproken zouden we in week 32 nieuwe dieren opzetten. Nu lopen we dus 10 weken in op de oorspronkelijke planning .
Gaan er niet door failliet
In plaats van 3 weken staat de vermeerderaar nu maar liefst 24 weken leeg. Dinsdagavond 20 december nadat iedereen vertrokken was, zette hij voor zichzelf de schade op papier. Met het geld dat we ontvangen voor de geruimde dieren en vernietigde eieren kunnen we redelijk uit de voeten. We gaan er niet door failliet.
Het scheelt dat we in 2014 en 2015 goede jaren hebben gehad in de vermeerderingssector. Dat de broedeiprijzen nu zo laag zijn is een geluk bij het ongeluk. De vermeerderaar vindt ook niet dat de regeling moet veranderen. We hebben nu weliswaar ruim 24 weken geen inkomsten van de vleeskuikenouderdieren. Maar als alle geruimde pluimveehouders meer vergoeding zouden ontvangen, dan zou de bijdrage aan het Diergezondheidsfonds van iedere pluimveehouder fors omhoog moeten.
Dan zouden geruimde pluimveehouders beter af zijn dan pluimveehouders in het toezichtsgebied en dat is ook niet de bedoeling, vindt Beijer. Zijn broer heeft op vier kilometer afstand van zijn bedrijf ook een vleeskuikenouderdierenbedrijf en kon twee weken geen broedeieren leveren. De uitkomst van die broedeieren is nu waarschijnlijk een stuk lager, waardoor mijn broer minder voor zijn broedeieren beurt.