Braaksma controleert darmgezondheid door wekelijkse sectie
De leghennenhouder houdt sinds 2012 onbehandelde hennen en ervaarde de afgelopen jaren dat darmgezondheid bij onbehandelde hennen cruciaal is. Mijn eerste koppel onbehandelde hennen liep goed. De uitval bedroeg 8,5 procent. Alleen over het gemiddelde eigewicht van 61,7 gram was ik minder te spreken.
De tweede koppel ging ook redelijk goed. Maar de derde koppel liep helemaal uit de klauwen. Door darmproblemen liep de uitval op naar 18,5 procent op 82 weken en steeg de voederconversie naar 2,3 terwijl we 2,0 gewend zijn. Door de darmproblemen kostte die koppel me ruim 2 euro per hen. Sindsdien is hij nog alerter op darmgezondheid.
Dat vertelde Dries Braaksma (55) woensdagavond 22 februari in Barneveld tijdens de Pluimveeweb thema-avond Diergezondheid voor de legsector, die in het teken van darmgezondheid van leghennen stond. Hij houdt samen met zijn vrouw Maaike 73.000 witte scharrelhennen van twee leeftijden in drie voliestallen in het Friese Niawier.
Geen luzerne
Een goede darmgezondheid start volgens Braaksma in de opfok. De leghennenhouder verstrekt geen luzerne en wil ook niet dat de hennen in de opfok luzerne krijgen. Als het voer goed is, is luzerne niet nodig. Als de hennen in de opfok luzerne krijgen, moet ik dat ook geven. Dat kost mij tijd en geld.
Braaksma vindt het belangrijk dat de hennen na twee of drie weken worden losgelaten in de opfokstal. Niet in elke opfokstal lukt dat. Maar ik vind dat belangrijk en ga hier in de toekomst extra op letten.
Hij vindt dat er in de opfokstal pikstenen moeten staan. Als de hennen in de opfok pikstenen met mineralen krijgen, gebruik ik die de eerste weken ook. Later schakel ik over op ytong gasbetonblokken omdat die veel goedkoper zijn.
Geleidelijke overgang
De pluimveehouder probeert de overgang van opfok naar legstal zo geleidelijk mogelijk te laten verlopen. Als in de opfok 7 uur het licht aan gaat, doe ik dat ook. Verder houd ik de lichtintensiteit gelijk of verhoog ik deze iets. Maar ga ik zeker niet lager zitten omdat de hennen anders de weg in het systeem niet kunnen vinden.
Bovendien biedt hij zijn hennen voldoende strooisel aan. Met het stro gaan de hennen aan de slag. Je kunt het zien als vervanging van luzerne. Ook vangt hij de hennen op met pre-legvoer. Ik meng het opfokvoer met het legmeel zodat de voerovergang zo geleidelijk mogelijk is. Verder houdt hij dezelfde voertijden als in de opfok aan.
Wanneer de hennen in productie komen, vindt Braaksma het belangrijk tijdig over te schakelen naar legmeel vanwege de calciumbehoefte van de hennen. Daarnaast verlaagde hij het voerniveau in de voergoten en de druk van de drinknippellijnen omdat de hennen anders veel meer knoeien met het voer en het water
Koper inzetten
De leghennenhouder leerde dat mestcontrole niet alles zegt. Braaksma knipt daarom wekelijks een paar hennen open om sectie op de darmen te verrichten. Wanneer ik iets opmerkelijks zie, zoals felrode darmen, dan meng ik kopersulfaat door het water. Als dat niet voldoende werkt, dan overlegt hij met zijn voerfabrikant over de samenstelling.
Ik heb het idee dat het voer iets te luxe is en meng deze koppel daarom extra gerst door het voer. Gerst zorgt voor prik in de darmen, verlaagt de passagesnelheid en bevordert de maagwerking. Ook krijgen de hennen zo extra ruwe celstof binnen.
Hoge wormdruk
Aangezien de wormdruk op zijn bedrijf hoog is, ontwormt hij zijn hennen iedere 4 tot 8 weken. Een aanwezige dierenarts raadde Braaksma aan om elke 4 weken te ontwormen totdat de wormdruk minder is.
Braaksma leerde in al die jaren dat het houden van onbehandelde hennen goed kan gaan, wanneer hij de darmgezondheid op peil kan houden. Wanneer er darmproblemen ontstaan, kan het flink mis gaan en kunnen de kosten oplopen tot ruim 2 euro per hen. Extra aandacht besteden aan darmgezondheid in combinatie met voeding betaalt zicht uit, besluit Braaksma zijn interessante presentatie.