Gelderse pluimveehouder en mengvoerbedrijf onderzoeken gekiemd voer
De verwachting van pluimveehouder Chris Borren is dat het kiemen een complete, gezonde voeding voor leghennen oplevert. Het zou de dieren vitaler moeten maken. Daarnaast zou import van soja op termijn niet meer nodig hoeven zijn. Voordeel is dat het resulteert in minder transportkilometers en CO2-emissie. „Gekiemd voedsel ligt dicht bij het natuurlijke, oorspronkelijke voedsel van de kippen”, aldus Borren. „Ze vinden het lekker, krijgen meer kleur op de kam en worden vitaler. De grondstoffen komen allemaal uit de regio en waarschijnlijk is de voedingswaarde van de kiemen hoog. We verwachten dat de leghennen het voer beter opnemen en minder mineralen uitscheiden. Kortom, we hebben dan minder kilo’s voer nodig en de mestproductie en uitstoot van fosfaat en stikstof dalen.”
POP3
Het drie jaar durende onderzoek van de twee bedrijven wordt door provincie Gelderland en Europa ondersteunt middels een POP3-subsidie. Borren heeft daarvan inmiddels een kiemmachine aangeschaft en geïnstalleerd. „We optimaliseren het gehele proces totdat de kwaliteit van de kiemen stabiel en constant is en het ontstaan van bijvoorbeeld schimmels, gisten en toxines is uitgesloten”, aldus de pluimveehouder.
In het lab van Reudink, biologische dochteronderneming van ForFarmers, voert het mengvoerbedrijf analyses uit. Daarbij wordt onder meer gekeken naar de voedingswaarde van de gekiemde producten en de uitstoot van stikstof en fosfaat. Daarnaast wordt door Reudink de samenstelling en het rantsoen bewaakt en berekent. „Blijkt gedurende deze proeftijd dat de kippen de gekiemde zaden beter opnemen dan gewone zaden, dan passen we de rantsoenen aan om te zien waar het optimum ligt. Zo ontstaat er een adviesnorm voor gekiemde zaden.”
Opname
Echter houdt de Borren zelf de dagelijkse monitoring in handen, zodat hij continu de controle heeft. „De volgende stap is kijken of de kippen de grondstoffen en eiwitten goed verwerken en verteren”, aldus Borren. „Ook testen we de verdeling van de kiemen in de stal, zodat alle leghennen ze kunnen opnemen. Het is een zoektocht naar de optimale samenstelling en hoeveelheid. Kleine aanpassingen maken soms een groot verschil. Daarnaast bouwen we de dosis toegevoegd soja steeds verder af. Uiteindelijk willen we een zo hoog mogelijk rendement halen en de kiemen optimaal laten functioneren voor de kip. Blijkt dit unieke project eind 2020 een succes, dan kan het uitgerold worden naar meer stallen en naar pluimveebedrijven.’