80-jarige veehouder uit Ommeren moet bedrijf een jaar stilleggen wegens verwaarlozing

Volgens de rechtbank is de gezondheid van de runderen aangetast omdat zij niet de nodige zorg kregen. In 2017 constateerde de NVWA tijdens een inspectie dat ‘dat enkele runderen niet konden beschikken over (ruw-)voer’. Daarnaast bleek het aanwezige voer van slechte kwaliteit en beschimmeld. Bij diezelfde inspectie zag de NVWA ook een rund dat ‘geen schoon, droog en hygiënisch verblijf’ had. De veehouder werd per brief gewaarschuwd en kreeg twee bestuursrechtelijke dwangmaatregelen opgelegd.

Begin 2018 voerde de NVWA opnieuw een inspectie uit. Hierbij bleek dat nu 27 runderen geen schoon en droog verblijf hadden. In een van de stallen waar twaalf runderen gehuisvest waren, werd een mesthoop van 40 centimeter hoog aangetroffen. Daarnaast hadden vier runderen geen drinkwater. De rechtbank stelt dat de veehouder tijdens de inspectie in 2017 al ‘enige tijd niet meer in staat was om voor zijn dieren te zorgen’ als gevolg van de complicaties van zijn lichamelijke beperking. Zijn vrouw droeg toen de zorg voor de dieren maar zij was ook moeilijk ter been.

Agrarische bijstand

Volgens de rechtbank had de veehouder eerder agrarische bijstand moeten inschakelen. ‘Door dit niet te doen, nam hij het risico dat de dieren niet de verzorging zouden krijgen die zij nodig hadden’, vindt de rechtbank. Omdat de 80-jarige veehouder het bedrijf samen met zijn vrouw runde en zij ook zorg droeg voor de dieren, vindt de rechtbank dat de vrouw zich ook schuldig maakte aan deze ‘strafbare feiten’.

Niet meer uitbreiden

Bij de strafoplegging heeft de rechtbank er rekening mee gehouden dat de officier van justitie de zaak in mei 2018 voorwaardelijk heeft geseponeerd. Hierbij werd onder meer als voorwaarde gesteld dat de veehouder het aantal dieren niet meer mocht uitbreiden. Daarnaast mocht hij op 1 november 2018 niet meer dan twee runderen en twee schapen houden.

‘Aan deze voorwaarden heeft de veehouder zich niet gehouden’, stelt de rechtbank. ‘Omdat in 2019 opnieuw is gebleken dat de veehouder zijn bedrijf niet op orde had en meer vee hield dan was afgesproken, oordeelt de rechtbank dat een stillegging van zijn bedrijf op zijn plaats is’. De voorwaardelijke geldboete, waarbij een proeftijd geldt van drie jaar, moet ertoe bijdragen dat de man zijn medewerking verleent aan controles van de NVWA en zich houdt aan hun aanwijzingen. De opgelegde straf is conform aan de eis van de officier van justitie. De 80-jarige veehouder is wel vrijgesproken van het niet tijdig registreren van lammeren. ‘De daarvoor geldende termijn was nog niet verstreken’, aldus de rechtbank.

Lees de volledige uitspraak hier.