Fotoserie: Kalverhouderijen opkopen 'lachtertje'
Kees de Ruiter houdt 450 kalveren in Elspeet (zie fotoserie). Hij is niet te spreken over het plan van de provincie, hoewel hij wél oren heeft naar een stoppersregeling. Hij noemt de 20 miljoen die de provincie er voor uittrekt een lachertje. „Een rare constructie ook. Een bedrijf met wat grond en een knappe woning doet bijvoorbeeld 8 ton. Hoeveel kun je er dan opkopen van 20 miljoen?” De stallen van De Ruiter zijn 35 jaar oud, met nokventilatie, maar de binnenkant is up-to-date. Hij wil best stoppen, maar denkt dat het beter is om te wachten. „Ik ben bereid mee te doen, maar houd me nog even rustig.”
Kleine plukjes
Dat de provincie Gelderland haar nek uitsteekt, vindt Wim Thus lovenswaardig. Maar de LTO-bestuurder had gehoopt dat er eerst naar vernieuwing en innovatie was gekeken, door de 20 en 10 miljoen samen te voegen. „Zoals de regeling met al z’n nog te beantwoorden vragen nu is, zal het best een individuele kalverhouder kunnen helpen, maar het zijn uiteindelijk maar kleine plukjes.” Dus in plaats van alleen wat hotspots aan te pakken, kun je met vernieuwing tenminste nog ontwikkelen. „Worden uitgekocht is natuurlijk ook geen sinecure. Dat hakt er nogal in.”
Of er juist weer méér grotere bedrijven worden gecreëerd door deze regeling, weet Thus niet. „Ietsje schaalvergroting sluit ik niet uit. Maar de bedrijven zijn overigens helemaal niet groot, gemiddeld telt een bedrijf ongeveer 500 rosékalveren en 1.000 stuks blank. Van alle kalveren in Nederland wordt er wel 40 procent gehouden in Gelderland dus dat de provincie hier iets mee wil, valt te waarderen. De meeste bedrijven zijn gezinsbedrijven.”
Lees verder in de aankomende editie van Vee & Gewas. Deze belandt zaterdag 7 november bij u op de mat. Bent u nog geen abonnee? Vraag dan hier een gratis proefnummer aan.