Kleinschalige opslag van biogas mogelijk
BASgas is een start-up van een jaar oud die zich gespecialiseerd heeft biogas. De missie van het bedrijf is het mogelijk maken dat elke boer bio-methaan kan leveren. Eijkman vertelt tijdens zijn workshop dat de 16.000 melkveehouders en 4.000 varkenshouders in Nederland zo’n 1 miljard kuub aardgas zouden kunnen leveren per jaar. In Nederland ligt het gebruik van aardgas op 40 miljard kuub en er wordt nog maar 0,5 miljard kuub geproduceerd in Nederland. Ongeveer 100 boeren in Nederland produceren al bio-gas. „Ook in de toekomst zal men meer aardgas willen gebruiken en blijft er dus vraag naar aardgas.” Aldus Eijkman.
300 keer kleiner
Het systeem van BASgas zou de opslag van biogas op het erf gemakkelijker moeten maken. Ze hebben namelijk een systeem waarbij het gas zo snel mogelijk in de vergister komt en op het erf blijft. De vergister maakt het biogas schoon en perst het samen waardoor het 300 keer kleiner wordt. Het biogas wordt daarna door BASgas opgehaald en verspreid onder afnemers zoals bijvoorbeeld een warmtenet of op bouwplaatsen waar geen aansluiting is op regulier gasnet. Het digestaat dat overblijft kan door de boer gebruikt worden als meststof.
Ervaringen met biogasinstallaties
Melkveehouder Arjan Prinsen uit Haarlo (GD) heeft al een biogasinstallatie waardoor zijn bedrijf met 65 melkkoeien compleet circulair is. Prinsen: „De installatie is eigenlijk gewoon een soort extra silo die verwarmd wordt tot 38 graden Celsius. Ik heb er niet veel werk aan. Elke dag controleer ik de installatie. Dat kost me ongeveer een haf uur.”
Ook Hans Verhoeven, varkenshouder in Valkenswaard heeft de keuze gemaakt voor een biogasinstallatie. Verhoeven: „Bij een luchtwasser verminder je wel je uitstoot, maar in de stal is nog wel gewoon ammoniak. Met de biogasinstallatie halen we dagelijks de mest uit de stal waardoor er ook minder ammoniak aanwezig is in de stal. Dat is beter voor mens en dier.”
Biokennisweek
Paul Eijkman van BASgas gaf de workshop over biogas tijdens de Biokennisweek die van 18 tot en met 22 januari online te volgen is.