Slimmer en bewuster investeren in energiemaatregelen m.b.v. het STROOM-SNAP-model

Verplicht investeren in energiebesparende maatregelen

Bij een jaarverbruik van meer dan 50.000 kWh of 25.000 m³ gas, bent u als ondernemer verplicht om te investeren in energiebesparende maatregelen die genoemd worden in de Lijst van Erkende maatregelen. Voor een melkveehouder zijn dit bijvoorbeeld frequentieregelaars, een voorkoeler, Ledlampen e.d.

De combinatie met zonnepanelen wordt vaak gezocht en meer recent worden ook de kleine windmolens in de plannen betrokken.

Welke investering heeft nu het meeste rendement of is een combinatie beter en slimmer?

Om hier goed zicht op te hebben zijn 3 zaken erg belangrijk :

1. Goed inzicht in uw jaarverbruik
   Op basis van uw jaarverbruik kunnen we een goede inschatting maken van waar u staat met dit verbruik in relatie tot uw bedrijfsomvang en productiemethoden met daarbij de vraag “welke energiebesparende maatregelen kunnen nog worden toegepast en welke investering is daarvoor nodig?”
2. Goed inzicht in de prijsopbouw van elektriciteit in Nederland
   Met deze kennis kunnen de verschillende investeringen op een rij gezet worden o.b.v. de benodigde investering per te besparen kWh en de te verwachten rendementen / terugverdientijden.
3. Goed inzicht in de benodigde investering per energiemaatregel
   Door deze investeringen te plaatsen in onderstaand ‘stroom-snap-model’ zie je snel de rendabiliteit van de investering.

Toelichting op het model:

1. We kennen feitelijk 3 verbruiksklassen
   1. Tot 10.000 kWh per jaar
   2. Tussen 10.000 kWh en 50.000 kWh
   3. Boven 50.000 kWh
2. De zogenaamde ‘kale prijs per kWh” maakt slechts een deel uit van de te besparen kosten; deze is in principe voor elke verbruiksklasse gelijk; in dit voorbeeld is met een prijs gerekend van € 0.06 per kWh excl. BTW.
3. Bovenop deze kale prijs komt een bedrag voor de Energiebelasting (EB) en bijdrage voor Opslag Duurzame Energie (ODE), belastingen die aan de Staat afgedragen moeten worden. Deze bedragen verschillen sterk in de verschillende verbruiksklassen. Naarmate men meer stroom afneemt dan dalen deze kosten per afgenomen kWh sterk; ze halveren zelfs
4. Het grote gros van de particulieren in Nederland zit in de eerste verbruiksklasse met een jaarverbruik tot maximaal 10.000 kWh en voor hun hele verbruik dus in het duurste segment

⇒ Als deze particulier dan de lamp uitdoet, bespaart hij afgerond € 0.22 per kWh

5. Agrarische ondernemers kennen natuurlijk een veel hoger jaarverbruik en zitten dan ook vaak (ruim) boven 50.000 kWh; de laatste kWh kost dan nog minder dan de helft van de eerste kWh

⇒ Als deze ondernemer dezelfde lamp uitdoet, dan bespaart hij afgerond € 0.10 per kWh

⇒ Vandaar dat de particulier 2x zo hard wil rennen!

Investeringen:

• Energie besparen begint aan de achterkant te tellen; daardoor verschil in rendement

Het jaarverbruik en daarmee ook de plek in het verbruiksmodel is bepalend voor het rendement en daarmee de terugverdientijd van de investering. Stel dat de melkveehouder uit het voorbeeld met een jaarverbruik van 80.000 kWh (rode sterretje) , investeert in maatregelen die het jaarverbruik met 10.000 kWh verlagen. Dan zal hij ook deze investering terug moeten verdienen tegen afgerond € 0.10 per kWh.

De buurman melkveehouder met een jaarverbruik van nu 45.000 kWh kan dezelfde soort investering terugverdienen tegen € 0.15 per kWh en de particulier zelfs tegen € 0.22 per kWh.

• Er zijn dus geen ‘standaard terugverdientijden’
• Jaarverbruik is bepalend
• Particulier verdient dezelfde soort investering twee keer zo snel terug
• Het combineren van meerdere energiebesparende maatregelen samen met bijvoorbeeld de aanschaf van zonnepanelen, leidt tot betere terugverdientijden

Stel dat de melkveehouder met een jaarverbruik van 80.000 kWh een totaalplan maakt waardoor het jaarverbruik uitkomt op 0 kWh. Uiteraard wordt de investering een stuk groter, maar de terugverdientijd neemt aanzienlijk toe omdat je dan kunt rekenen met de gemiddelde stroomprijs over het hele traject. In dit individuele geval neemt die dan toe tot € 0.135; wat de gemiddelde terugverdientijd en dus rendement fors ten goede komt.

TIPS:

• Maak een goede analyse van het jaarverbruik
• Weet wat er moet, mag en kan op het gebied van energiebesparende maatregelen en wat ze kosten
• De juiste mix of combi leidt tot een beter rendement; maak een totaalplan!
• Kijk vóór aanschaf heel goed naar de fiscale mogelijkheden van bijvoorbeeld KIA, EIA, ISDE ed.
• Heeft u bedrijfsactiviteiten afgestoten, waardoor ‘t jaarverbruik flink lager ligt, dan is het zinvol om naar uw afzekering te kijken. Aanpassing kan zomaar € 1.000 per jaar netto opleveren
• Heeft u meerdere stroomaansluitingen (EAN-codes) op uw perceel, dan kan het zeer waardevol zijn om te (laten) beoordelen of clusteren ‘op papier’ van deze aansluitingen mogelijk is, waardoor jaarlijks veel Energiebelasting bespaard- en teruggevraagd kan worden over de laatste 5 jaar. Met een eenvoudige check kan beoordeeld worden of dit voordeel opweegt tegen de kosten van de daarvoor benodigde werkzaamheden.