Minister ziet geen belangenverstrengeling tussen RFC Lochem en Rijn en IJssel
Van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) reageert daarmee op Kamervragen van Laura Bromet (GroenLinks) na onderzoek van De Gelderlander. Volgens de krant betaalde het waterschap twee derde van de kosten van het verhelpen van de schade na de breuk nabij Lochem. FrieslandCampina en aannemer Pannekoek betaalden de rest van de 880.000 euro aan kosten.
Geen rol
Volgens de krant zou dat zo zijn bepaald, omdat Rijn en IJssel en de zuivelfabriek een goede verstandhouding hebben. Dat zou blijken uit mailverkeer tussen de aannemer en het schap, dat kantoor houdt in Doetinchem (GD). 'Van het Waterschap Rijn en IJssel heb ik begrepen dat de verstandhouding geen rol heeft gespeeld', schrijft Van Nieuwenhuizen. 'Het waterschap is de verantwoordelijk eigenaar van de persleiding en bijbehorende risico’s. Ik heb geen aanleiding te denken dat agrarische belangen in het bijzonder een rol hebben gespeeld.'
De persleiding was eigendom van het waterschap, maar werd uitsluitend gebruikt door FrieslandCampina. Van Nieuwenhuizen: 'Het waterschap heeft de autonome bevoegdheid om zelf een afweging te maken over de kostenverdeling. Waterschap Rijn en IJssel heeft inderdaad twee derde van de kosten betaald. Als eigenaar van de persleiding en het afvalwater ligt de verantwoordelijkheid voor de persleidingbreuk primair bij het waterschap. Het waterschap is verantwoordelijk voor de beheerkosten van de persleiding en de risico’s die daarbij horen.'
Drie oorzaken
De demissionair minister, ministerieel verantwoordelijk voor de waterschappen, beroept zich op hetzelfde rapport van de onafhankelijke instantie TNO als De Gelderlander. 'Op basis van de resultaten van het onderzoek heeft TNO geconcludeerd dat de lekkage drie mogelijke oorzaken kan hebben of een combinatie van deze drie oorzaken. De mogelijke oorzaken die zijn aangewezen zijn aan alle partijen (deels) toe te rekenen. Daarmee kan niet één vervuiler worden aangewezen.'