Fotoserie: Met boerderijwinkel negatieve publiciteit doorbreken
Gert (49) en Gersina (49) Tessemaker hebben een bedrijf met 450 zeugen (Deense genetica met eigen aanfok), 400 vleesvarkens, schapen en 20 hectare grond. 90 procent van de gespeende biggen gaat naar een vaste vleesvarkenshouder. Tien procent laten ze opfokken in een voergeldstal. Bij een ambachtelijke slager laten ze per jaar vijftig varkens slachten, waarvan het vlees ook weer in hun eigen boerderijwinkel komt te liggen.
Risicospreiding
Risicospreiding vinden Gert en Gersina belangrijk. De boerderijwinkel en de helft van de mestafzet op de twintig hectare eigen grond zijn daar een onderdeel van. „We hebben daar een aantal jaren geleden ook bewust op ingezet. In de zeugenhouderij zit veel spreiding in de gehalten van de dunne en de dikke fractie mest. Door het eigen land kunnen we veel dunne mest zelf afzetten. Daarmee bespaar je afvoerkosten want het scheelt kuubs die normaal naar de mestverwerker gaan.”
Lees het hele ondernemersverhaal van de familie Tessemaker in de regionale agrarische krant Vee en Gewas, die 22 of 23 mei bij u op de deurmat valt. Nog geen abonnee op de regiokrant? Klik dan hier. Een proefnummer? Klik dan hier.