Nieuw LNV/LTO netwerk praktijkbedrijven van start in Oost-Nederland
De onderzoeksbedrijven zijn die van Geert Stevens in Dijkerhoek (Ov.) en Agro-innovatie centrum de Marke in Hengelo (Gld.). In de provincie Gelderland zorgen de demonstratiebedrijven van René en Michel Woestenenk in Laren, Leendert van Staalduijnen in Ermelo, Franka Tomassen en Arnoud Vrugterman in Randwijk en Evert Luchtenbelt in Wapenveld voor regionale spreiding.
Hetzelfde geldt in de provincie Overijssel voor de demonstratiebedrijven van Rudie en Bart Freriks in Luttenberg, Gezino Engberts in Markelo, Stan Bosman in de Krim en Christiaan en Wout van Dalfsen in Staphorst.
Variatie in bedrijfskenmerken
De bedrijfskenmerken van de deelnemende bedrijven zijn heel divers. Het bedrijf van Gezino Engberts in Markelo produceert per hectare 29894 kilo meetmelk in combinatie met 120 dagen weidegang voor de 200 melkkoeien op zandgrond. Het demonstratiebedrijf van Evert Luchtenberg in Wapenveld houdt het daarentegen bij minder dan 8000 liter melk per hectare op ruim 100 hectare rivierklei met 200 dagen weidegang.
Het demonstratiebedrijf van Franka Tomassen en Arnoud Vrugterman boert biologisch op Betuwse klei rivierklei. Christiaan en Wout van Dalfsen in Staphorst in Overijssel boeren op veengrond in een Natura 2000 gebied. Dat geldt ook voor het bedrijf van Evert van Staalduijnen op zandgrond in Ermelo.
Schaalsprong na bedrijfsverplaatsing
Gezino Engberts die in Markelo 200 koeien melkt op minder dan 60 hectare maakte een schaalsprong na een bedrijfsverplaatsing vanuit Vriezenveen. Hij wil laten zien duurzaam zuivel te kunnen produceren met een goed rendement. “Als melkveehouderij in Nederland produceren we een mooi, gezond en veilig product: melk. Nederland heeft daarin een vooraanstaande positie op de wereldmarkt. Die positie moeten we niet alleen behouden, maar ook uitbouwen."
"De belangrijkste vraag voor mij en elke melkveehouder is daarbij: krijg ik hiervan energie, doe ik dit werk met plezier? Ik doe met het Netwerk mee omdat we samen een werkbare oplossing moeten vinden om de ammoniak- en methaanemissie te reduceren. Hierbij is het noodzakelijk om kennis te verzamelen. Dat zie ik als de uitdaging van het Netwerk.”
Dit jaar nog geen open dagen
2021, het eerste projectjaar, staat bij de 40 deelnemers landelijk in het teken van elkaar leren kennen. Vanaf het tweede projectjaar zullen zij hun deuren ook (vaker) open gooien voor melkveehouders en adviseurs buiten het Netwerk. Deelname aan activiteiten kan kenbaar gemaakt worden via de agendafunctie op de website. De deelnemers zijn niet rechtstreeks benaderbaar of boekbaar.
Aan het project zijn naast de 40 onderzoeks-en demonstratiebedrijven ook nog eens 76 melkveebedrijven verbonden die ambassadeurs genoemd worden maar er minder intensief bij betrokken zijn.
Klik hier om de gegevens van alle 40 deelnemers landelijk te bekijken.