Faunabescherming daagt provincie Gelderland voor de rechter

De wolf wordt op Europees niveau beschermd vanuit de Habitatrichtlijn. Dat betekent niet alleen dat de wolf niet mag worden bejaagd. Wettelijk gezien mag ook het leefgebied van het dier niet worden verstoord.

Op de Veluwe leven verschillende roedels wolven. De provincie heeft voor onbepaalde tijd een ontheffing verleend aan de Faunabeheereenheid Gelderland om gedurende dag en nacht grootschalig afschot van hoefdieren te plegen. In de achterliggende periode zijn duizenden edelherten en zwijnen door jagers afgeschoten, aldus de Faunabescherming. Voor de komende maanden zijn jagers van plan tot 1 februari nog eens duizenden dieren te schieten in het hart van het leefgebied van de wolf.

Verstoring leefgebied

Dat grootschalige afschot zou onvermijdelijk leiden tot ernstige verstoring van het leefgebied van de verschillende wolvenroedels, stelt de organisatie. En een dergelijke verstoring is op grond van artikel 3.5, tweede lid van de Wet natuurbescherming verboden.

„Bij verlening van de ontheffing is op geen enkele wijze rekening gehouden met het risico van verstoring, het doden of verwonden van wolven in het gebied. Inmiddels is er een geschoten wolf aangetroffen bij Stroe”, stelt vice-voorzitter Harm Niesen. Ook langs de provinciale weg tussen Ede en Arnhem is een dode wolf aangetroffen, die achteraf bleek te zijn afgeschoten, vertelt hij.

Spoedverzoek tot handhaving

De Faunabescherming heeft daarom bij de provincie Gelderland een spoedverzoek tot handhaving in gediend. De provincie is degene met de bevoegdheid als het gaat om wildbeheer. In het spoedverzoek wordt gevraagd het afschot onmiddellijk stil te leggen dan wel strikt te beperken, op basis van een ecologische beoordeling. Niesen: „Zolang er geen onafhankelijke wetenschappelijke beoordeling is waaruit blijkt dat wolven geen hinder ondervinden van het massale afschot van hun prooidieren, dient het afschot te worden stilgelegd.”

Kort geding

De provincie Gelderland heeft vooralsnog geen gehoor gegeven aan het handhavingsverzoek. De Faunabescherming maakt daarom de gang naar de rechter. Het kort geding dient op 14 december bij de rechtbank in Utrecht. „We hadden het ingediend bij de rechtbank in Arnhem, maar de zitting is door de rechter verplaatst naar Utrecht”, licht Niesen toe.