Update: LTO Noord stopt samenwerking stikstofbeleid met Overijssel

In een bijeenkomst van afdelingsbestuurders van LTO Noord en leden van het regiobestuur Oost is woensdagavond de samenwerking met de provincie Overijssel opgezegd als het gaat om de stikstofaanpak. Aldus een bericht op de site van RTV Oost. ‘Onze unanieme conclusie is dat wij momenteel geen aanknopingspunten meer zien die perspectief bieden aan de agrarische sector en evenmin aan individuele boeren en tuinders’, aldus een verklaring van de bestuurders.

'Onhaalbare waarden'

‘De minister houdt onverkort vast aan de kritische depositiewaarde (die onhaalbaar is), heeft geen oplossing voor de PAS-melders en andere knelgevallen en biedt de sector geen verdienmodellen’, lichten de bestuurders verder toe. ‘Bovendien dreigt de minister met ingrijpen als de gebiedsgerichte aanpak onvoldoende resultaat oplevert.’

Geen perspectief

Volgens LTO is de provincie de regie en zeggenschap kwijt omdat het Rijk de provincie kan overrulen. ‘Dit betekent dat wij ons genoodzaakt zien onze deelname aan de gebiedsgerichte aanpak stikstof in Overijssel stop te zetten. Er is geen perspectief. Wij zijn bereid weer deel te nemen als ons als agrarische sector weer perspectief wordt geboden.’

Spijtig

„Ik vind het spijtig dat LTO Noord gemeend heeft om deze stap te moeten zetten", aldus Gert Harm ten Bolscher, gedeputeerde Landbouw, Natuur en Vergunningsverlening bij de provincie Overijssel. „Juist in onzekere tijden is het belangrijk met elkaar in gesprek te blijven en elkaars kracht benutten, zoals we dat in Overijssel al jarenlang doen. Daarom hoop ik dat we zo snel mogelijk weer samen aan de slag kunnen met de opgaven. Ik zal me richting Rijk en minister blijven inzetten om aandacht te blijven vragen voor de zorgen en zo snel mogelijk duidelijkheid te krijgen vanuit Den Haag."

Schrijnend duidelijk

,,Agrariërs snakken naar duidelijkheid en perspectief", vervolgt Ten Bolscher. „In de gesprekken die ik met ze voer aan de keukentafel wordt soms schrijnend heel duidelijk hoe zeer de onzekerheid over hun toekomst en die van hun gezinnen ze aangrijpt. Dat heb ik de afgelopen dagen ook weer duidelijk ervaren. In de hoofdlijnenbrief van de minister worden veel zaken benoemd die vragen oproepen."

Geef perspectief

Ten Bolscher vertelt verder dat de provincie Overijssel in haar gesprekken met de minister voortdurend aandringt op het bieden van duidelijkheid. „Niet alleen aan agrariërs die nadenken over bedrijfsbeëindiging omdat ze geen opvolger hebben, maar juist ook aan de boeren die wél door willen. Geef hen perspectief en maak duidelijk welke nieuwe structurele verdienmodellen er concreet komen, bijvoorbeeld middels een stuk natuurbeheer of vanuit de landbouwtransitie. Niet alleen voor een tijdsbestek van 5 jaar maar liefst voor 20 tot 25 jaar."

Duidelijkheid PAS-melders

Een essentieel punt voor de provincie Overijssel is dat PAS-melders duidelijkheid moeten krijgen, vervolgt Ten Bolscher. „Daarbij vragen we speciale aandacht voor de PAS-melders waar handhavingstrajecten lopen." De provincie Overijssel dringt er volgens de gedeputeerde bij de minister op aan om per direct met concrete stappen te komen om het tij te keren en te bewerkstelligen dat de bedrijven die te goeder trouw hebben gehandeld op de kortst mogelijke termijn duidelijkheid wordt geboden. „Dit vraagt niet alleen stikstofruimte maar ook zekerheid dat met maatregelen geborgd wordt dat de kwaliteit van onze natuur niet verder achteruitgaat. Ook voor dit dossier geldt dat de stoppers en het perspectief voor de blijvers in de landbouw de sleutel tot succes is."

Gebiedsgerichte aanpak

„Deze boodschap, maar ook de grote zorgen die leven bij onze boeren, zullen we blijven afgeven bij het Rijk. De gebiedsgerichte aanpak is een enorme opgave en daarbij is samenwerking essentieel. Ik begrijp de zorgen over het ontbreken van perspectief voor agrarische bedrijven, de eenzijdige focus op opkoop van agrarische bedrijven en de gevolgen van de blijvende onzekerheid voor PAS-melders. Daarnaast is ons standpunt ook dat alle sectoren mee moeten doen, de opgaven gelden niet alleen voor de agrarische sector."