'De boeren verdienen een goede minister. Of ik dat ben, zien we over drie jaar'
Adema onderkent de grote opgave die voor hem ligt. Maar dat geldt voor de hele landbouw, stelt hij. En de meeste boeren willen volgens hem die opgave wel aangaan, maar daarvoor hebben ze duidelijkheid, rust en zekerheid nodig. De nieuwe minister wil graag met boeren aan de slag om ze ruimte te geven voor de toekomst. En niet enkel voor de komende drie jaar, maar voor een langere periode.
Die toekomst is nog niet vanzelfsprekend, zegt hij. De problemen die de landbouw raken zijn groot, en de polarisatie in Nederland helpt niet. „Uiteindelijke zullen we allemaal, niet enkel de boeren, maar de hele samenleving, met elkaar de schouders eronder moeten zetten.” Hij ziet dat de afgelopen tijd de focus voor het stikstofprobleem te veel op de agrarische sector is gelegd. „Dat moeten we veel breder aanpakken.”
Affiniteit met landbouw
Opgegroeid op het Friese platteland, en met een broer die boer is geweest, heeft Adema enige affiniteit met de landbouw. Hij realiseert zich in ieder geval hoe groot de waarde van de agrarische sector is voor het leefbaar houden van dat platteland dat hij nog kent van zijn jeugd.
Hij heeft niet meteen ‘ja’ gezegd toen Gert-Jan Segers hem vroeg. „Je vraagt je natuurlijk af of je de geschikte persoon bent.” Daarnaast speelde de druk die zijn nieuwe functie op zijn gezin zou leggen, en de afstand tussen Friesland en Den Haag.
De juiste persoon?
Op de vraag of hij de juiste persoon is voor de taak, antwoordt hij dat hij uiterst gemotiveerd is om aan de slag te gaan. „Ik realiseer me misschien niet wat er allemaal op me af gaat komen, maar de boeren verdienen een goede minister.” En zal hij dat zijn? „Laten we dat over drie jaar bekijken.”