Overijssel en MOB botsen bij hoogste bestuursrechter
Overijssel vindt in kaart brengen uitstoot beweiden en bemesten rond Zwolle onuitvoerbaar

Want die opdracht kreeg de provincie eerder van de rechtbank Overijssel in Zwolle. Om te voorkomen dat de provincie de komende maanden dag en nacht moet doorwerken om al die stikstofgegevens bij de boeren zelf, uit de talloze archieven en bij andere organisaties op te vissen vroeg Overijssel vandaag aan de Raad van State om een opschorting van de uitspraken van de Zwolse bestuursrechter.
Die droeg de provincie na een verzoek van stikstofmilieugroep MOB op om voor een achttal melkveehouderijen alle ammoniak en stikstofuitstoot vanaf 1994 in kaart brengen. En dan niet per bedrijf, maar per agrarisch perceel. En niet de geschatte stikstofuitstoot, maar dat wat werkelijk van de akkers en weilanden is verwaaid.
Volgens een woordvoerder van de provincie is dat niet te doen, een onmogelijk opgave niet in 16 weken, niet in 16 maanden, eigenlijk helemaal niet. „Het is volstrekt onmogelijk om al die informatie per perceel vanaf 1994 boven water te krijgen. Het gaat bij deze acht veehouderijen alleen al om 200 percelen. Tot 2006 was er geen duidelijke boekhouding over het uitrijden van mest en het beweiden door koeien. En ook daarna is het heel moeilijk om in kaart te brengen hoeveel stikstof er van de weilanden en bemeste akkers is afgekomen. En om te voorkomen dat we nu al met man en macht aan de slag moeten voor iets wat niet te doen is, vragen wij om een schorsing van de uitspraken”, aldus de provinciewoordvoerder in Den Haag.
Verbijsterd
Die wees bovendien op een recente uitspraak van de Raad van State over de beweiding en bemesting bij een aantal Utrechtse melkveehouderijen. Daar besliste de hoogste bestuursrechter dat de provincie geen uitgebreid onderzoek hoefde te doen naar de feitelijke uitstoot van stikstof, dat natuurgebieden 'verzuurt', maar uit kan gaan van de maximaal mogelijke uitstoot per perceel in verhouding tot het aantal runderen van het veebedrijf.
Volgens MOB-raadsman Valentijn Wösten klopt er niets van die uitspraak en is die zeker niet één op één op de Zwolse veehouderijen van toepassing. „Ik was werkelijk verbijsterd over die Utrechtse uitspraak van 12 oktober jl. Die uitspraak betekent dat ruim één derde van de Nederlandse stikstofuitstoot niet in kaart wordt gebracht. Vergelijk dat met de ophef van de stikstofuitspraak over de bouwsector van vorige week. In deze zaak moet dat hersteld worden. Want anders is het hele stikstofbeleid van de overheid een fictie, een sprookje.”
In zijn maag
Rechter-staatsraad Jaap Hoekstra zat duidelijk in zijn maag met deze zaak. Immers, ook Hoekstra twijfelde of de Utrechtse stikstofuitspraak over het beweiden en bemesten wel één op één op de Zwolse zaken is toe te passen. „In Utrecht ging het om de vraag of de provincie Natuurwet (WNB)-vergunningen moest verlenen, In deze Overijsselse zaak vraagt MOB om handhaving. Ik vind deze zaak te complex om nu al te beslissen. Dit moet later volgend jaar in de bodemzaak worden uitgezocht”, aldus de staatsraad die drie weken de tijd nodig heeft voor een spoeduitspraak.
Schorsen
De kans lijkt groot dat hij de Zwolse uitspraken gaat schorsen om de provincie even wat ademruimte te geven. De staatsraad zei te verwachten dat de Raad van State de bodemzaak niet voor volgende zomer zal behandelen. Uitspraak volgt.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Ellen Meinen