'Grote groep niet-PAS-melders moeten óók worden gelegaliseerd'
Tijdens de PAS-periode (2015 – 2019) hoefden bedrijven met zogeheten ‘meldingsvrije activiteiten’ geen natuurvergunning aan te vragen. Dat zijn activiteiten met een depositie van minder dan 0,5 mol stikstof per hectare per jaar op een Natura2000-gebied. Deze bedrijven hoefde ook geen PAS-melding te doen, omdat ze onder de drempelwaarde voor melding bleven van die halve mol.
Dit gold ook voor twee biomassacentrales in Groningen, die onder meer zorgen voor warm zwembadwater. De ene betreft de biomassa-installatie van Sportcentrum Kardinge in Groningen. Die heeft een hoogstberekende stikstofdepositie van 1 honderdste mol (0,01 mol) per hectare per jaar op het Natura2000-gebied het Drentsche Aa. De andere is die van Bioforte in Marum. Daar is de maximale stikstofdepositie berekend op 2 honderdste mol (0,02 mol) per hectare per jaar op de Bakkeveense Duinen. Vanuit beide installaties komt ook stikstof terecht op andere Natura2000-gebieden, aldus MOB-voorman Johan Vollenbroek.
Handhavingsverzoeken
Na het sneuvelen van de PAS (mei 2019) is MOB begonnen met het indienen van handhavingsverzoeken. De uitspraak van de Raad van State houdt immers in dat activiteiten die gemeld werden onder de PAS, of activiteiten die niet meldingsplichtig waren, wel dégelijk significantie gevolgen kunnen hebben voor een Natura2000-gebied. Daarom hebben beide bedrijven volgens MOB wél een natuurvergunning nodig - ook al hoefden ze zich niet te melden onder de PAS.
De provincie Groningen weigerde echter handhaving, stelt Vollenbroek. „Er waren gedoogverklaringen afgegeven, maar die hebben juridisch gezien geen betekenis. Gedogen mag een bestuursorgaan in principe alleen wanneer er concreet zicht is op legalisatie – en dat is er na 3 jaar nog steeds niet.”
MOB stelde daarom beroep in tegen die uitspraak. Vollenbroek: “De Rechtbank maakt nu korte metten met de weigering van de provincie, en stelt dat er nu toch moet worden gehandhaafd.” De Rechtbank weegt hierbij ook mee dat er inmiddels ruim drie jaar is verstreken sinds de RvS een streep zette door de PAS, zegt hij.
‘Vergeten groep’
„Er zijn dus nog een hele hoop bedrijven die zich tijdens de PAS-periode niet hoefden te melden, die nu óók klem zitten met hun natuurvergunning, cq het ontbreken ervan”, zegt Vollenbroek. „Dit is een vergeten groep. En niemand weet hoe groot die is – juist omdat dergelijke bedrijven hun activiteiten niet hoefden te melden.”
Volgens de MOB-voorman is het aantal nog te legaliseren bedrijven daarmee dus fors groter dan het huidige aantal van 2.320 PAS-melders. „De groep meldingsvrije bedrijven kan maar zo twee keer zo groot zijn als het aantal PAS-melders, omdat er heel veel bedrijven zijn – zowel agrarisch als niet-agrarisch – die een zeer geringe stikstofdepositie hebben op Natura2000-gebieden.”
‘Stelletje lamstralen’
Als boerenzoon toont Vollenbroek zich tamelijk pissig dat het kabinet drie jaar na dato nog steeds geen oplossing heeft voor de PAS-melders. „En het stelletje lamstralen van de LTO doet ook geen ene moer voor de PAS-melders. Alleen Agractie zet zich ervoor in, daar heb ik nog wel respect voor.”
MOB heeft via een WOB-verzoek inmiddels meer dan tweeduizend adressen van PAS-melders in handen. „In Overijssel hebben we een stuk of vijftig handhavingsverzoeken lopen, maar dat kunnen er ook tweeduizend worden”, zegt hij strijdlustig. „Maar ik wil eerst afwachten met wat voor oplossing het kabinet komt.”