BLGG AgroXpertus introduceert roofaaltjes analyse
De bodem is een samenspel van biologische, fysische en chemische factoren. Deeerste gedachte bij bodembiologie gaat vaak in de richting van organismen die schadelijk zijn voor het gewas of het oogstbare product. De bodem bevat echter ook nuttige organismen die er voor zorgen dat alle processen in de bodem goed blijven functioneren.
Eten en gegeten worden
Alle levende organismen in de bodem vormen samen 'het bodemleven'. Het ingewikkelde patroon van 'eten en gegeten worden' wordt 'bodemvoedselweb' genoemd. Elke soort heeft hierin zijn eigen plaats. Aaltjes zijn op verschillende plaatsen in het bodemvoedselweb aanwezig. Plantenparasitaire aaltjes tasten planten aan. Schimmeletende aaltjes voeden zich op schimmeldraden. Bacterieeters voeden zich met bacteriën. Roofaaltjes voeden zich met bodemdiertjes, waaronder plantenparasitaire aaltjes.
Ruwe bodembehandeling
Roofaaltjes zijn een goede indicator voor de kwaliteit van het bodemvoedselweb en daarmee van de bodemvruchtbaarheid. Ze staan namelijk aan de top van de ondergrondse voedselpiramide. Geen of weinig roofaaltjes betekent dat schadelijke aaltjes en andere bodemorganismen vrij spel hebben. Daarnaast zijn roofaaltjes gevoelig voor stress. Een perceel dat bijvoorbeeld tijdens de oogst 'ruw' is behandeld, zal een lager aantal roofaaltjes bevatten dan grond die met 'liefde' wordt behandeld!
DNA analyse
De analyse van roofaaltjes doet BLGG AgroXpertus met behulp van de meest moderne DNA-technieken. Hierdoor kan de analyse van roofaaltjes in hetzelfde monster plaatsvinden als de plantparasitaire aaltjes. Op het verslag worden twee hoofdgroepen vermeld: Mononchida en Dorylaimida. Mononchida zijn aaltjes met een grote mondholte en één of meerdere tanden. Zij verslinden hun prooi. Dorylaimida zijn aaltjes met een speer. Zij prikken hun prooi aan en zuigen hem leeg. Naast het analyseresultaat vermeldt het verslag ook een richtlijn/streefwaarde. Dit is eerste globale duiding van het aantal gevonden roofaaltjes.